22e Zondag door het jaar, jaar A, 2023.
De schrijver Mattheus wilde met het evangeliefragment van vandaag niet alleen zijn lezers, maar ook ons verbazen. Plotseling en ogenschijnlijk in strijd met wat er vorige week gebeurde, waarin Petrus werd beschouwd als de stevige basis van het geloof, wordt hij nu “satan” genoemd. Jezus, die eerder werd erkend als de Messias door Zijn volgelingen, spreekt nu over Zijn eigen lijden en dood.
Dit contrast is bewust opgezet. Het benadrukt dat de Messias met nederigheid is gekomen. Juist door Zijn arrestatie, marteling, veroordeling en executie wordt Zijn kracht zichtbaar, en te midden van Zijn neergang triomfeert Hij. In het verwrongen gezicht van de Gekruisigde Jezus toont God Zijn ware gelaat. Hierin ligt de grootste uitdaging voor iedereen die zich bij Jezus wil aansluiten: er is geen weg naar geluk zonder pijn, geen weg naar overwinning en vervulling zonder ondergang, geen weg naar verrijzenis zonder het kruis.
Niemand staat te springen om zo’n boodschap te horen, en dat geldt ook voor ons. Het accepteren van nederigheid en lijden gaat in tegen onze natuurlijke neigingen en verlangens. Pijn is onplezierig, dus vermijden we het liever. Persoonlijk falen ervaren we als een ramp, en we proberen dit te vermijden of te verbergen. De dood vormt een angstaanjagende grens waar we spontaan tegen in opstand komen.
Toch zijn pijn, nederlaag en dood onvermijdelijk in ons leven. Al onze inspanningen om ze te ontlopen of te negeren zijn tevergeefs, want uiteindelijk moeten we ze onder ogen zien en doorstaan. Zou het daarom niet wijs zijn om tijdig en vrijwillig Gods wil hierin te accepteren en te erkennen? Zou het niet getuigen van innerlijke kracht om de duistere aspecten van het leven te beheersen zoals Jezus deed, in plaats van ze te ontkennen?
Op het moment dat Petrus zich afvraagt hoe hij Jezus kan behoeden voor gedachten over lijden en dood, noemt Jezus hem “satan”. Dit symboliseert de twee kanten van het kerkelijk ambt: “Rots” in termen van geloofsovertuiging en navolging van het kruis, en “satan” wanneer wereldse overwegingen de overhand krijgen.
Jezus was niet blij met Zijn eigen lijden en dood. Hij zocht ze niet bewust op, maar ze waren het gevolg van Zijn vastberadenheid om Zijn missie in dienst van liefde voor God en mensen te vervullen, zelfs als dat Zijn eigen leven kostte. Hij was zelfs gehoorzaam tot de dood. Wanneer Hij ons uitnodigt om ons eigen “kruis” te dragen en onszelf te verloochenen, vraagt Hij om dezelfde vastberadenheid en gehoorzaamheid.
We begrijpen Petrus, die luidkeels protesteert en de weg van Jezus probeert te blokkeren. Petrus is zoals wij. Hij wil Christus liefhebben, maar erkent ook zijn eigen grenzen en wil zowel Jezus als zichzelf behoeden voor extreme situaties. Jezus wijst hem echter zonder aarzeling af en bekritiseert zijn menselijke denkwijze in plaats van Gods wil te volgen.
Jezus gebruikt dit moment om Zijn leerlingen te onderwijzen. Ook zij moeten bereid zijn hun eigen leven op te geven als ze Hem willen volgen! Dit maakt duidelijk dat we deze uitdaging niet op eigen kracht kunnen aangaan. De Heilige Geest in ons zal ons daarin ondersteunen. God in ons, de liefde in ons, zal ons dit evangelie laten ervaren. Heiligen en martelaren hebben dit al ervaren. Wat voor mensen onmogelijk is, is voor God mogelijk.