
Door pater Daniel
In de eerste periode van het leven van Jérôme Lejeune laat niets vermoeden dat hij
een zeer hoge vlucht in de wetenschap zal nemen. Bij de aanvang van zijn
universitaire studies ondervindt hij meer dan gewone moeilijkheden, waarmee hij later
zijn eigen studenten zal bemoedigen. Hij wordt ook al vlug smoorverliefd op een
Deense studente in Parijs, Birthe Bringstead, waaraan hij heel zijn leven wil geven. Ze
genoot niet meteen de voorkeur van zijn vader omdat ze Lutheraanse was. Jérôme
hechte een zeer groot belang aan het oordeel van zijn vader. Birthe zal zich echter
uit volle overtuiging aanpassen aan haar geliefde en katholkiek worden. Het gezin met
vijf kinderen wordt de vreugde en de trots van hun grootouders. Op zijn vele reizen
over heel de wereld zal Jérôme geen avond overslaan zonder dat hij aan zijn vrouw
een verslag van de dag geschreven heeft. En voor zijn kinderen, die vragen stelden,
kon hij in de grootste drukte van zijn werk, het nodige geduld en respect opbrengen.
En vonden katholieke collega’s, die in het buitenland waren, op zondag nooit een kerk,
Jérôme wist altijd ergens een zondagseucharistie mee te vieren.
Het vuur van het authentieke geloof én de ware wetenschap zal voor goed in hem
oplaaien wanneer hij op 22 mei 1958 de oorzaak van het zogenaamde ”mogolisme”
ontdekte, het syndroom van Down, trisomie 21. Ondanks deze afwijking van de natuur
zal hij de grootheid en waardigheid van de mens blijven zien alsook de uitdaging van
echte wetenschap. Hij bleef de ene ontdekking na de andere publiceren. De genetica
geraakte plots op een hoger niveau en ontdekte de oorsprong van verschillende
ziektes, verbonden met een chromosomale afwijking. Hij werd als de grootste specialist erkend. Hij was echter niet geïnteresseerd in roem of rijkdom. Er werden
voorstellen gedaan om de door hem ontdekte ziekten zijn naam te geven. Hij wilde dit
niet. Hij zag hierin geen enkel nut voor de patiënten zelf en vond dat men beter een
bepaalde eigenschap van de ziekte kan benoemen. Zo ontstond de naam van de
ziekte van “le cri du chat”. Over heel de wereld kreeg hij uitnodigingen als spreker op
wetenschappelijke congressen en zijn toespraak was altijd kort, krachtig en helder.
Alle mogelijke wetenschappelijke organisaties wilden hem eren of een ereplaats geven
in hun vereniging. Hij werd uitgenodigd door de VN en door het Vaticaan. Hij was de
eerste die als Vaticaanse gezant naar de Sovjet-Unie reisde en L. Breznev bezocht
om hem te waarschuwen voor de gevolgen van een atoomoorlog. Hij ontving de
President Kennedy prijs en kreeg het schitterend tenue van academicus met zwaard
van de “Académie des Sciences morales et politiques”. Hij werd eredoctor van de
universiteiten van Düsseldorf (D), Navarra (Sp), Buenos Aires (Sp) en de Pauselijke
Katholieke Universiteit van Chili. Hij werd de grote vriend van Johannes Paulus II en
de eerste voorzitter van de Pauselijke Academie voor het leven, wat hem bijzonder ter
harte ging. Wanneer hij vernam dat er een aanslag gepleegd werd op de paus en in
een eerste bericht verkeerdelijk werd meegedeeld dat Johannes-Paulus II dood was,
kreeg Jérôme een zodanige schok dat hij naar het ziekenhuis moet gevoerd worden
voor een dringende operatie.
Inmiddels beseft hij zeer goed dat er in de wereld van de wetenschap een morele
verschuiving aan de gang is, die abortus, experimenten op embryo’s, euthanasie goed
gezind is. In 1969 reist hij naar Californië om er de hoogste onderscheiding ter wereld
voor genetica te ontvangen, de William Allan Award van de American Society of
Human Genetics. De organisatoren, die weten dat hij een overtuigd katholiek is,
vragen hem in zijn rede geen melding te maken van zijn katholiek geloof. Jérôme
antwoordt dat hij zal zeggen wat hij denkt te moeten zeggen. Ziehier een greep uit de
inhoud van zijn toespraak. Hij pleit voor het samengaan van moraal met wetenschap.
Wetenschap kan niet zonder moraal. Hij verzet zich tegen abortus en zegt dat het
doden niet de taak is van de geneeskunde. Een land dat zijn kinderen doodt, doodt
zijn eigen ziel. De kwaliteit van een beschaving hangt af van de wijze waarop ze zorg
draagt voor haar meest kwetsbare leden. En vanaf het ogenblik dat 23 chromosomen
van de vader zich verenigen met de 23 chromosomen van de moeder, begint de unieke
geschiedenis van een nieuwe mens. Alles is vanaf de conceptie gegeven. Hij onderlijnt
dat dit niets anders is dan een wetenschappelijke vaststelling. Op zijn heldere
toespraak volgde een ijzige stilte. Geen applaus, geen felicitatie, geen handdruk. Het
is het begin van een internationale wetenschappelijke boycot tegen hem. Herhaaldelijk
werd hij voorgesteld als kandidaat voor de Nobelprijs geneeskunde, die hij al lang
ruimschoots verdiend had, maar die eer wordt hem niet meer gegund. Die avond
schrijft hij aan zijn vrouw: “Vandaag heb ik de Nobelprijs verspeeld”.
Hij had vele moeilijkheden kunnen vermijden door te zwijgen en in stilte verder te
werken. Hij wilde echter geen compromis sluiten en bleef onverminderd de verdediger
van het leven en de stem van de stemlozen. Wetenschappelijke congressen die hem
als spreker uitnodigden, kregen voortaan geen subsidies meer, zodat hij ook steeds
minder in wetenschappelijke kringen werd uitgenodigd. Hij stond op de
wetenschappelijke index. Des te meer uitnodigingen kreeg hij van andere verenigingen
die in een tijd van morele verwarring een woord van een wijze wilden horen. Op 18 maart 1973 werd Jérôme uitgenodigd op een colloquium over abortus in de oude abdij
van Royaumont (Fr). Hij wil kardinaal Renard van Lyon niet alleen laten. Helaas, deze
laatste kon om gezondheidsredenen niet aanwezig zijn. Jérôme was dan op dit
colloquium de enige die het leven verdedigde te midden van feministen en journalisten
die abortus toejuichen. Plots stond een vrouw van de eerste rij op en verklaarde: “Wij
willen de joods-christelijke beschaving vernietigen. Daarom moeten we eerst het gezin
vernietigen. Daarvoor moeten we het aanvallen op zijn meest zwakke punt, nl. het
ongeboren leven. Dus, wij zijn voor abortus”. De media gaven een uitvoerig verslag
van deze dag, maar merkwaardig genoeg werd naar deze verklaring niet verwezen.
En van de tussenkomst van Jérôme werd vermeld dat deze later zou gegeven worden.
Dit “later” is nooit gekomen. Tijdens een voordracht voor het Institut Catholique de
Paris op 5 maart 1972, werd zoveel protest en lawaai gemaakt dat het onmogelijk was
verder te spreken. Jérôme had een geniale ingeving en vroeg dat allen, die het met
hem eens waren de zaal zouden verlaten. De zaal liep leeg en er bleven slechts enkele
herrieschoppers over, die daarna zelf afdropen. Op 10 oktober 1982 sprak hij in de
Notre Dame van Parijs. Brutale actievoerders speelden het klaar de geluidsinstallatie
zo te ontregelen dat reparatie niet direct mogelijk was. Jérôme sprak verder zonder
micro. In 1983 werd hij uit zijn eigen onderzoekscentrum gezet door een wet die zo
gemaakt was dat hij enkel op hem betrekking had. In 1984 werden hem ook alle
subsidies voor onderzoek afgenomen. Toch begon hij opnieuw. Hij kon in Amerika een
eigen leerstoel en een eigen laboratorium krijgen en bovendien veel geld verdienen.
Hij wilde echter in Frankrijk en bij zijn 4000 patiënten blijven. Terwijl de deuren door
de wetenschappelijke wereld en door de staat werden gesloten, gingen andere
deuren van vrienden en private instellingen open. Universiteiten, middelbare scholen,
gerechtshoven, parlementen, bisschoppensynodes… nodigden hem uit, niet zozeer
als uitzonderlijke deskundige op gebied van genetica, maar als wijze, als man met een
visie, een wetenschapper met een geweten, een overtuigde katholiek met een
hoopvolle boodschap voor de mensen.
Jérôme Lejeune hield veel van het kerstverhaal over de drie magiërs die de ster
hadden ontdekt en gevolgd totdat zij konden knielen voor het Kind in de kribbe. Zij
begrepen dat Herodes het Kind Jezus wilde vermoorden en keerden langs “een andere
weg” terug. Onze tijd wil, mede dank zij de ontdekking van het mongolisme,
onnoemelijk vele kinderen in de moederschoot vermoorden. Jérôme koos een andere
weg volgens het woord van Jezus: “Wie mijn volgeling wil zijn moet Mij volgen door
zichzelf te verloochenen en zijn kruis op te nemen” (Marcus 8, 34).
• Aude DUGAST, Jérôme Lejeune. La liberté du savant, Artège, 2019. Het
diocesaan onderzoek voor het canonisatieproces van J. Lejeune werd in 2012
afgesloten. Schrijfster is postulatrice. Met de titel “eerbiedwaardig” is inmiddels
de eerste stap naar de heiligverklaring gezet.
• https://www.lesalonbeige.fr/le-professeur-jerome-lejeune-declare-venerablepar-leglise/
• Uitzending En Quête d’Esprit op CNews : « La figure du Professeur Jérôme
Lejeune, grand savant chrétien », eerbiedwaardig verklaard door de Katholieke
Kerk. Met Véronique Jacquier, Aymeric Pourbaix ontvangt Aude Dugast,
postulatrice, Jean-Marie Le Méné, président van de Fondation Lejeune
en Mayté Varaut : https://www.lesalonbeige.fr/le-professeur-jerome-lejeuneau-menu-den-quete-desprit
Bron:
Deel 2 (en slot): Een-stem-voor-de-stemlozen-jerome-lejeune-ii/